Jay Howard opnieuw met Schmidt Peterson in de Indy 500

Net als afgelopen jaar zal Jay Howard ook dit jaar met Schmidt Peterson Motorsports een poging ondernemen om zich te kwalificeren voor de Indianapolis 500. De Engelsman heeft een deal gesloten om een vierde wagen van het team te besturen. De wagen zal sponsoring dragen van het One Cure programma van de Colorado State University, wat gefinancierd wordt door een vrijgevige donateur van dit programma.

“Het lijkt me duidelijk dat ik hier opgewonden over ben,” zei Howard. “Er zijn geen woorden om te beschrijven hoe blij ik ben om het One Cure initiatief te vertegenwoordigen en om weer in de groen/zwarte kleuren te rijden. Het doel van One Cure is om publiciteit en financiële steun te genereren voor het Flint Animal Cancer Center, zodat ze hun gevecht tegen kanker voort kunnen zetten. Op de dag van de race vechten we dus voor meer dan alleen de Borg Warner Trophy. Ik moet ook iedereen van het team en Honda bedanken voor deze mogelijkheid. Het zal geweldig zijn om weer terug te zijn bij Schmidt Peterson Motorsports.”

Voor Howard wordt het de vijfde keer dat hij zich zal proberen te kwalificeren voor de Indianapolis 500. Van de eerdere vier keer reed slaagde hij er maar twee keer in om de race daadwerkelijk te starten. Hierin kwam hij nooit verder dan de zestigste ronde: dit was de ronde waarin hij in 2011 crashte, terwijl hij vorig jaar in de 45ste ronde verantwoordelijk was voor de zware crash van Scott Dixon. In 2008 werd hij tijdens de trainingen vervangen door John Andretti en in 2010 wist hij zich niet te kwalificeren voor de race.

Schmidt Peterson Motorsports zet ook wagens in voor James Hinchcliffe en Robert Wickens, terwijl er samen met Michael Shank Racing een wagen in wordt gezet voor Jack Harvey.

Met de toevoeging van Howard zijn er al 33 wagens bevestigd voor de Indy 500, waarmee een vol startveld dus gegarandeerd is. Daarnaast lijkt het erop dat er dit jaar weer echt kan worden ‘gebumpt’: vermoedelijk volgen er nog wagens van Lazier Partners Racing en Dreyer & Reinbold Racing.