Preview op de Chevrolet Indy Dual in Detroit

Een IndyCar coureur krijgt tijdens het seizoen weinig rust: een week na de Indianapolis 500 staat er niet één, maar zelfs twee races op het programma: de Detroit Dual. Komend weekend worden er voor het eerst dit jaar twee races in hetzelfde weekend verreden, zowel op zaterdag als zondag. Op dit stratencircuit zal de onderlinge strijd tussen Will Power en Ryan Hunter-Reay voortgezet worden, al waren dit niet de coureurs die vorig jaar in Detroit wisten te winnen.

De eerste raceactie in de straten van Detroit vond plaats in 1982, toen de Formule 1 Grand Prix van Oost-Amerika in het centrum van Detroit werd verreden. De Engelsman John Watson won de eerste editie van de race in een McLaren-Ford. Na een mislukte Grand Prix van Amerika in Dallas, werd de race in Detroit de enige Formule 1 race in de Verenigde Staten en kreeg de naam 'Grand Prix van Amerika’. Voor 1989 wilde de organisatie van de race het evenement naar een nieuwe locatie verplaatsen, een park op een eiland in de Detroit River genaamd Belle Isle, maar Formule 1 en de raceorganisatie konden niet tot een deal komen. Daarop keerde Formule 1 Detroit de rug toe.

Het gat dat de Formule 1 achterliet, werd al snel weer opgevuld door CART (het latere Champ Car). Doordat CART enkele aanpassingen aan het circuit maakte, kon deze nog drie jaar in het belangrijke centrum van Detroit worden verreden, voordat de overstap naar Belle Isle werd gemaakt. Deze baan werd echter al snel onpopulair onder de coureurs, omdat deze erg smal was, wat inhalen erg moeilijk maakte. Daarnaast was de baan erg moeilijk bereikbaar en waren er naast de baan te weinig delen geasfalteerd, waardoor regen de paddock tot een modderpoel omtoverde. CART verliet Detroit uiteindelijk in 2001.

In 2006 kwam IndyCar en ALMS teameigenaar Roger Penske met het idee om de Grand Prix of Detroit terug te laten keren met een gecombineerd hoofdprogramma, met de American Le Mans Series op de zaterdag en de Indy Racing League op zondag. De lay-out van de eerste helft van de baan werd voor de terugkeer van autosport naar het circuit sterk aangepast. Het totaal aantal bochten werd van dertien naar zeventien stuks uitgebreid, waardoor ook de lengte van 3,775 naar 4,676 kilometer veranderde. Een jaar later reden racewagens weer succesvol door het Belle Isle Park.

Detroit zou uiteindelijk slechts twee jaar op de kalender staan, voordat het evenement na de 2008-editie weer van de kalender af werd gevoerd vanwege het slechte economische klimaat in de hoofdstad van de Amerikaanse auto-industrie. In 2011 maakte IndyCar bekend Detroit weer op de kalender terug zou keren, opnieuw met Penske als promotor en Chevrolet als hoofdsponsor.

“Ik hou van het stratencircuit in Detroit,” legt Marco Andretti uit. “Het is een hobbelige en uitdagende baan, maar ik hou er wel van, het bouwt karakter. Je moet echt met je wagen worstelen.”

De strijd om de voorste plaatsen lijkt dit jaar vooral te gaan tussen Ryan Hunter-Reay en Will Power. Indianapolis 500 winnaar Hunter-Reay finishte dit jaar slechts één keer buiten het podium en dit was na te zijn gecrasht terwijl hij om de overwinning knokte, terwijl Will Power één van de sterkste rijders op permanente- en stratencircuits blijft. Beide coureurs zouden dan ook als grote favorieten voor de overwinning in Detroit moeten worden gezien.

Vanuit het Andretti Autosport kamp mag echter ook zeker wat verwacht worden van James Hinchcliffe, welke normaal gesproken sterk is op de stratencircuits, maar dit jaar achtervolgd wordt door pech. Naast Will Power moet er van de Penske coureurs ook rekening worden gehouden met Helio Castroneves, welke na zijn tweede plaats in Indianapolis zint op wraak. Of de Braziliaan echt een kracht zal worden om rekening mee te houden moet blijken, hij zit te vaak rond plaatsen vier tot zes.

Vorig jaar kwamen de overwinningen echter helemaal niet van Andretti Autosport- of Team Penske. Mike Conway verraste het hele weekend door extreme snelheid, rijdende voor Dale Coyne Racing, en won de race op zaterdag. Dit jaar heeft Ed Carpenter Racing, waar Conway nu voor rijdt, al bewezen een erg snelle wagen voor stratencircuits te hebben door in Long Beach te winnen. De vraag of het team dit kan herhalen in Detroit?

De zondagrace viel vorig jaar ten prooi aan Simon Pagenaud, de coureur die eerder dit jaar al de Grand Prix of Indianapolis won. Schmidt Peterson Motorsports staat bekend om de goede wagens die het team heeft op stratencircuits en zijn ook zeker een kanshebber in Detroit.

Als laatste moet er rekening worden gehouden met een team dat dit jaar tot op heden erg teleurstelt: Chip Ganassi Racing. Waarschijnlijk tot grote frustratie van racepromotor Roger Penske lijkt het stratencircuit van Detroit dit team goed te liggen en in 2012 won Scott Dixon zelfs de race. Vorig jaar pakte Dario Franchitti nog de pole position voor het team en in de beide races kwam het team net tekort voor de zege. Als dit team dit jaar iets meer geluk heeft, kan het zomaar om de voorste posities meevechten.

Beide Detroit Duals gaan rond 21:30 uur van start.