Coureurs in de spotlight na de Alabama Indy Grand Prix
De Alabama Indy Grand Prix op het Barber Motorsports Park kende aanvankelijk een vrij tam verloop, waarbij strategie en het wijs omspringen met brandstof en banden een belangrijke rol speelden. Het echte vuurwerk volgde echter toen Romain Grosjean en Scott McLaughlin de strijd met elkaar aanbonden om de overwinning. Hoe dit tot stand kwam en een aantal andere interessante verhaallijnen zetten we op een rijtje!
De overwinning van Scott McLaughlin was het resultaat van strategie, vechtlust en een klein beetje geluk. Komende vanaf de vierde startplaats, kende de Team Penske coureur een matige start en verloor een plekje. Na vijftien ronden koos McLaughlin voor een driestop-strategie en kon zo vijftien ronden snelle rondetijden laten noteren, terwijl de kop van het veld op versleten banden veel tijd verloor.
Het beetje geluk volgde toen Sting Ray Robb stilviel en een neutralisatie veroorzaakte. McLaughlin kon net voor de neutralisatie nog een pitstop maken, waarmee de achterstand op de leidende Romain Grosjean teniet werd gedaan. McLaughlin kon aanvankelijk goed op de tweede positie volgen, maar kwam na zijn stop zelfs vlak voor Grosjean terug op de baan.
Eerst moest McLaughlin Grosjean aan zich voorbij laten gaan, maar toen diens banden op temperatuur waren volgde een spectaculair gevecht, welke de Nieuw-Zeelander in zijn voordeel beslechtte. Zo kon hij op weg gaan naar zijn eerste zege van het jaar.
Voor Romain Grosjean waren de druiven opnieuw zuur. Voor de tweede keer dit jaar kwalificeerde hij zich op pole position en opnieuw was het McLaughlin die roet in zijn eten gooide. Dit keer niet met een botsing, maar met een goed geplaatste inhaalactie. Na niet minder dan 57 roden aan de leiding te hebben gereden, maakte Grosjean in de 72ste ronde de fout door iet te wijd te gaan in de hairpin en opende zo de deur voor McLaughlin om hem in te halen. Uiteindelijk zat er niet meer voor de Fransman in dan een teleurstellende tweede plaats aan de finish.
Wat gebeurde er met Josef Newgarden, waardoor hij slechts als vijftiende finishte? De Penske coureur had dezelfde pitstopstrategie als winnaar McLaughlin en reed na de eerste pitstop zelfs voor hem op de baan. Newgarden kende echter grote problemen met de afstelling van zijn wagen: Tijdens het eerste deel van de stint was de wagen snel, maar op oudere banden was de wagen erg moeilijk bestuurbaar.
Met twee korte stints aan het begin van de race was dit probleem nauwelijks zichtbaar, maar tijdens zijn laatste twee stints verloor Newgarden veel terrein. De problemen waren volgens Team Penske een gevolg van contact met Felix Rosenqvist bij de start van de race.
Voor één coureur was het zeker geen saaie race: Felix Rosenqvist spinde in de openingsronde na contact met Josef Newgarden en moest zijn race vanaf de laatste plaats aanvangen. Al snel koos de McLaren coureur voor een driestopstrategie, welke geholpen werd door de neutralisatie.
Na de neutralisatie reed Rosenqvist op de elfde positie, waarna hij teamgenoot Alexander Rossi kon passeren om in de top tien terecht te komen. Het langer doorrijden voor zijn laatste pitstop zou hem nog een positie winst opleveren, waarmee hij ondanks de dramatische start, toch nog knap als negende over de eindstreep kwam.
De race op Barber was er voor Rinus VeeKay één om snel te vergeten: de Nederlander kon zich vanaf de negende startpositie in de openingsfase opwerken, maar de tweestopstrategie bleek niet de juiste te zijn. Vooral aan het eind van zijn eerste stint verloor VeeKay veel terrein door versleten alternatieve banden en een neutralisatie tien ronden later – wat de driestoppers hielp – deden zijn kansen niet veel goeds. VeeKay viel zo terug tot de zeventiende positie en kon vanaf deze plek nog één plaatsje winnen om als zestiende te worden geklasseerd.
Waar de race van VeeKay niet geweldig was, was deze van teamgenoot Conor Daly nog slechter: het hele weekend kon hij het tempo van teamgenoot VeeKay niet volgen en in de race ging het alleen maar slechter. Ondanks dat Daly wel de – uiteindelijk snellere – driestopstrategie volgde, bleef hij in het achterveld. Eerst werd de met startnummer 20 rijdende coureur door Santino Ferrucci van de baan gedrukt, waarna hij eenzelfde incident kende met Graham Rahal. Zo bleek er niet meer in te zitten voor Daly dan een teleurstellende 25ste positie.
De meeste rookies kenden een moeilijke race op Barber, maar Marcus Armstrong reed een prima race. Van achteraan startend wist de Nieuw-Zeelander de tweestopstrategie goed uit te rijden. Daarmee maakte hij van de 26e startpositie een elfde finishplaats. Armstrong is nu twee keer elfde en één keer achtste geworden. Ondanks dat hij zijn auto deelt met Takuma Sato en dus een race minder gereden heeft staat de coureur van Ganassi Racing nu wel bovenaan het rookie kampioenschap.
In het algemene kampioenschap deed Pato O'Ward goede zaken. De coureur van Arrow McLaren SPM reed een solide race waar hij nooit echt kanshebber voor de eindoverwinning reed. Het bracht hem wel naar de vierde plaats en op drie punten van Marcus Ericsson, die de leiding hield in de stand.
FotografieIndyCar / Getty Images
Ga naar de loginpagina om in te loggen of creëer een nieuw account!