
VeeKay Rookie of the Year: Wie gingen hem voor? - deel 3
Rinus VeeKay pakte dit jaar de Rookie Of The Year titel, dit is natuurlijk een uitstekende start van zijn nog zeer jonge IndyCar carrière maar geeft zeker geen garantie tot een succesvolle toekomst. Wat bereikten de voorgangers van VeeKay nadat ze de Rookie Of The Year titel wonnen en wat doen ze tegenwoordig? Deze maand kijken we terug naar alle coureurs die sinds de start van dit millenium de Rookie Of The Year titel wonnen. In dit deel, alweer het derde deel van deze serie, kijken we terug naar de rijders die van 2008 tot en met 2013 deze titel pakten.
2008 - Hideki Mutoh
Deze kleine Japanner werd eind 2007 als een groot talent gezien met zeer veel kans op een mooie toekomst in de IndyCar Series. Ondanks dat Mutoh de Indy Lights titel dat jaar aan zich voorbij zag gaan koos Panther Racing, het team waar de Japanner dat seizoen voor uitkwam in de laatste opstapklasse richting de IndyCar Series, er voor om Mutoh al tijdens de seizoensfinale van het IndyCar Series seizoen 2007 te laten debuteren. Het debuut van Hideki Mutoh in de IndyCar Series was ook met recht een succes te noemen, de Japanner zou namelijk als achtste over de meet komen en zelfs de snelste ronde van de wedstrijd rijden.

Het uitblijven van overwinningen zorgde er echter voor dat Mutoh vanaf 2010 niet meer voor Andretti Autosport zou rijden. De Japanner stapte voor dit seizoen over naar Newman/Haas/Lanigan Racing, waar goede resultaten helaas volledig uit zouden blijven. Ondanks een paar sterke optredens in de kwalificatie zou Mutoh in dit seizoen geen enkele top tien finish scoren en eindigde hij slechts als achttiende in het klassement. In 2011 zou Mutoh slechts zijn thuisrace op het infield circuit van Motegi rijden in een bolide die was ingezet door Sam Schmidt Motorsports en AFS Racing.

Statistieken van Hideki Mutoh
Klassering in rookie-seizoen: 10e
Aantal seizoenen actief: 5
Gereden races: 54
Beste resultaat: 2e
2009 – Raphael Matos

Achteraf zou dit een goede keuze blijken te zijn, aangezien Champ Car met de ‘hereniging’ met de Indy Racing League ophield te bestaan. Een jaar na zijn Atlantics kampioenschap zou Matos ook de Indy Lights titel winnen, waarna hij de overstap maakte naar de IndyCar Series. Rijdende voor het nieuwe Luczo Dragon Racing wist Matos acht top tien finishes in zeventien races te registreren, wat hem de dertiende plaats in het kampioenschap en de Rookie of the Year titel opleverde.

Sindsdien heeft Matos enkele seizoenen in de Braziliaanse stock cars gereden, totdat hij bij een drugstest betrapt werd op drugsgebruik en voor twee jaar werd geschorst. Na dit incident is Matos weer terugverhuisd naar Amerika, waar hij tegenwoordig in Miami woont en soms in enkele kleine raceklassen racet.
Statistieken van Raphael Matos
Klassering in rookie-seizoen: 13e
Aantal seizoenen actief: 3
Gereden races: 34
Beste klassering: 4e
2010 - Alex Lloyd

Als laatste poging om zijn autosportcarrière te redden verkochten zijn ouders hun huis, zodat Lloyd een deel van het Indy Lights seizoen kon rijden. Hij stelde niet teleur en won in zijn eerste seizoen twee races, waarna hij in 2007 het kampioenschap op zijn naam schreef. Hierop werd hij door Chip Ganassi Racing vastgelegd als rijder in hun ontwikkelprogramma. Dit resulteerde in 2008 in de kans om met steun van Ganassi de Indianapolis 500 te rijden, waarna hij dit in 2009 nogmaals mocht doen en op een keurige dertiende plaats finishte.

Na dit seizoen zou Lloyd geen stoeltje meer weten te vinden en was zijn autosportcarrière – op enkele races in kleinere raceklassen na – voorbij. De inmiddels 35-jarige coureur heeft sindsdien een carrière opgebouwd als analist voor productiewagens, voor diverse autopublicaties.
Statistieken van Alex Lloyd
Klassering in rookie-seizoen: 16e
Aantal seizoenen actief: 4
Gereden races: 27
Beste klassering: 4e
2011 – James Hinchcliffe

Na twee keer als vierde in het Atlantics kampioenschap te zijn geëindigd, maakte hij de overstap naar de Indy Lights. Hier zou hij in 2010 de tweede plaats pakken, wat de deur opende naar de IndyCar Series. Rijdende voor het fameuze Newman/Haas Racing finishte hij al in zijn tweede race als vierde, iets dat hij dat jaar nog twee maal zou doen en hem hielp aan de Rookie of the Year titel.
In 2012 maakte hij een droomtransfer naar Andretti Autosport, al was het er wel één met een zwart randje. Hij nam het stuurtje over van de gestopte Danica Patrick, iets waar Dan Wheldon eigenlijk in beeld voor was totdat hij tijdens de laatste race van 2011 dodelijk verongelukte. Bij Andretti Autosport zou Hinchcliffe zich ontwikkelen als een coureur die op goede dagen geweldig kon zijn, maar op slechte dagen volledig onzichtbaar was. Zo gebeurde het hem in 2013 dat hij ondanks drie overwinningen, hij niet beter dan als achtste in het kampioenschap finishte.

De Canadees zou tot 2019 voor Schmidt blijven rijden, totdat dit team over werd genomen door McLaren en ‘Hinch’ aan de kant zette. Met dank aan sponsor Genesys zou hij in 2020 voor drie races terug kunnen keren bij Andretti Autosport, voordat hij aan het eind van het seizoen in werd gehuurd als vervanger van de tegenvallende Zach Veach. Voor 2021 beschikt Hinchcliffe nog niet over een stoeltje.
Statistieken van James Hinchcliffe
Klassering in rookie-seizoen: 12e
Aantal seizoenen actief: 10
Gereden races: 141
Aantal overwinningen: 6
2012 - Simon Pagenaud

De ‘hereniging’ tussen Champ Car en de Indy Racing League gooide roet in het eten van Pagenaud, welke vervolgens in de American Le Mans Series zou rijden. In 2011 zou hij de Intercontinental Le Mans Cup rijden voor het fabrieksteam van Peugeot, maar kreeg dat jaar de kans terug te keren in een formule wagen op het moment dat Dreyer & Reinbold Racing een vervanger zocht voor de geblesseerde Ana Beatriz. Alsof hij nog recent in een Indy Car had gereden reed Pagenaud direct een sterke race, met een achtste plaats als resultaat. Dat jaar zou Pagenaud ook de races op Mid-Ohio en de Sonoma Raceway rijden.

In 2015 maakte Pagenaud de droomtransfer naar Team Penske, maar zijn eerste seizoen voor ‘The Captain’ verliep erg moeizaam, met slechts twee derde plaatsen als schamele hoogtepunten. Met een jaar aan ervaring bij het team ging het in 2016 veel beter en pakte hij met vijf overwinningen zijn eerste en tot op heden enige overwinning. In 2019 maakte hij zijn prijzenkast compleet door ook de Indianapolis 500 te winnen. Volgend jaar start Pagenaud zijn zevende seizoen voor Penske.
Statistieken van Simon Pagenaud
Klassering in rookie-seizoen: 5e
Aantal seizoenen actief: 11
Gereden races: 154
Aantal overwinningen: 15
Aantal kampioenschappen: 1
2013 – Tristan Vautier

Het Indy Lights kampioenschap opende de deur naar de IndyCar Series, waar hij het volledige seizoen voor Schmidt Peterson Hamilton Motorsports zou rijden. Waar teamgenoot Simon Pagenaud dat jaar races won, was Vautier echter vooral in de staart van het veld te vinden. Slechts één keer finishte hij dat jaar in de top tien, met een twintigste plaats in het kampioenschap als teleurstellende resultaat. Als enige fulltime rookie was het wel voldoende voor het Rookie of the Year kampioenschap.

Na deze race mocht Vautier het seizoen als vervanger van Huertas afmaken, met een mooie vierde plaats in Detroit als hoogtepunt. Vautier werd in 2017 nog één keer opgeroepen voor het rijden van een IndyCar race, waarna zijn IndyCar carrière definitief voorbij was.
De afgelopen jaren is Vautier vooral actief in SportsCar klassen actief, meest recent met JDC-Miller MotorSports in het WeatherTech Sports Car Championship.
Statistieken van Tristan Vautier
Klassering in rookie-seizoen: 20ste
Aantal seizoenen actief: 3
Gereden races: 31
Beste klassering: 4e
FotografieIMS
Ga naar de loginpagina om in te loggen of creëer een nieuw account!