Tijdens deze kwalificatie werd voor beide races gekwalificeerd: elke coureur reed twee kwalificatieronden, waarbij de eerste ronde telde voor de vrijdagrace en de tweede voor de zaterdagrace.
Al vroeg in de kwalificatie bleek dat een hobbel bij het uitkomen van Turn 4 een grote uitdaging bleek te zijn. Zowel Takuma Sato, Alexander Rossi als Zach Veach verziekten door deze hobbel hun kwalificatieruns, waarbij ze er maar net in slaagden hun wagens uit de muur te houden.Halverwege de kwalificatie reed Daly een zeer sterke run, waarmee hij met kop en schouders boven de rest van de gekwalificeerden uitstak. De kwalificatievolgorde was echter gebaseerd op de stand in het kampioenschap, waardoor de echte toppers nog moesten volgen.
Desondanks bleven de twee snelle ronden van Daly lange tijd staan. Pas toen Power de baan op kwam werd Daly van de zaterdagpole verdreven, waarna Newgarden in zijn tweede ronde nog sneller ging en de voorlopige pole zijn kant op trok.
Simon Pagenaud, Colton Herta en Scott Dixon zouden de laatste drie kanshebbers zijn op pole. Voor Pagenaud ontvouwde zich echter een drama in de pitstraat, waar zijn wagen met een brandstofdrukprobleem kampte en helemaal geen kwalificatierun kon ondernemen. Herta kwam dichtbij, maar niet dichtbij genoeg voor pole, terwijl Scott Dixon met een zeventiende en een achttiende tijd zwaar teleurstelde.Dit zorgde er voor dat de tijden van Daly en Newgarden bleven staan en ze zo elk een NTT Poll Award konden vieren.
Rinus Veekay kende een solide kwalificatie, waarin hij met een dertiende plaats voor de vrijdagrace zijn beste kwalificatieresultaat kende en de zaterdagrace als vijftiende zal starten.
FotografieIndyCar / Getty Images



Ga naar de loginpagina om in te loggen of creëer een nieuw account!