
Justin Wilson – Het natuurtalent dat maar geen kans kreeg bij de topteams
Met het verlies van Justin Wilson verliest IndyCar zonder twijfel één van de meest getalenteerde coureurs in het IndyCar veld. De Engelsman reed dit jaar al voor het twaalfde aaneengesloten seizoen in de Amerikaanse openwheelracerij en was oprecht een veteraan te noemen. Keer op keer bewees Wilson zijn talent door dingen te doen die niet mogelijk leken te zijn met het materiaal dat hij kreeg, maar dat stoeltje bij een topteam ging elke keer aan zijn neus voorbij.
Na zijn enige seizoen in de Formule 1 in 2003 zag Wilson in dat zijn Europese carrière voorbij was. Hierop maakte hij de verstandige keuze om de oceaan over te steken voor een stoeltje in de Champ Car World Series. Deze vond hij bij Conquest Racing, op dat moment één van de kleinere teams in het veld. Geld was beperkt bij dit team, wat bleek uit het feit dat het als enige team nog een verouderde Reynard bolide gebruikte als tweede wagen. Wilson zelf kreeg wel een modernere Lola bolide, maar het feit dat het team twee verschillende wagens inzette zorgde er voor dat de coureurs moeilijk data konden vergelijken.

Twee races later was het in Torono wel raak: Wilsons allereerste overwinning! Gedurende het seizoen groeide er een stevige vriendschap met zijn jonge teamgenoot AJ Allmendinger, terwijl Wilson een vaste waarde werd in de kop van het veld. Tijdens de seizoensfinale in Mexico City onderstreepte Wilson zijn derde plaats in het kampioenschap door ook deze race op zijn naam te schrijven.

Op het moment dat Bourdais afscheid nam van de Amerikaanse racerij voor een stoeltje in de Formule 1 was de keuze voor Bourdais’ oude team Newman/Haas Racing snel gemaakt: Wilson was zijn ideale vervanger. Dit was precies waar de uit Sheffield afkomstige coureur van droomde, een stoeltje bij hét toonaangevende Champ Car team.

De mindere prestaties van het team en het overlijden van filmster en mede-teambaas Paul Newman brachten het Newman/Haas team echter in financiële problemen, waardoor het team Wilson moest laten gaan. Noodgedwongen moest Wilson zijn carrière voortzetten bij Dale Coyne Racing, het kleinste team op de paddock dat in bijna 25 jaar geen enkele race had gewonnen.

Op persoonlijk vlak ontwikkelde Wilson zich niet alleen als een liefhebbende echtgenoot, maar ook werd hij vader. In 2008 beviel vrouw Julia van hun eerste dochter Jane, waarna in 2010 Jessica volgde. Ook kon hij zijn broer Stefan met zijn autosportcarrière helpen. Stefan had zijn oudere broer naar Amerika gevolgd en reed van 2009 tot 2012 in de Indy Lights met als grote droom om naast zijn grote broer in de IndyCar Series te racen.

Een dieptepunt volgde halverwege zijn tweede seizoen voor Dreyer & Reinbold Racing toen hij te wijd ging door de eerste bocht van de Mid-Ohio Sports Car Course en ongelukkig over een hobbel heen reed. Dit leverde Wilson een gebroken ruggenwervel op, waarmee zijn seizoen direct voorbij was.
Het volgende jaar keerde Wilson terug naar zijn oude nest: Dale Coyne Racing. Na de successen van 2009 had dit team zich sterk verbeterd en werkte duidelijk professioneler dan enkele jaren eerder. De op dat moment 33-jarige coureur bewees ver voor de start van het IndyCar seizoen zijn snelheid niet te zijn verloren door samen met goede vriend AJ Allmendinger, Oswaldo Negri en John Pew de 24 uur van Daytona op zijn naam te schrijven.

Ook in 2013 zou Wilson voor Dale Coyne rijden. Zeges zouden niet meer volgen, maar Wilson kon wel weer zijn ongekende talent tonen door met een Dale Coyne Racing bolide zeer constant te scoren. Slechts zes van de negentien races finishte de Engelsman buiten de top tien, terwijl hij vier maal op het podium plaats mocht nemen. Dit leverde hem de zesde plaats in het kampioenschap op, de hoogste klassering ooit van een Dale Coyne Racing coureur. Dit seizoen ging er opnieuw een droom in vervulling voor Wilson, welke tijdens de Grand Prix of Baltimore de baan mocht delen met zijn jongere broer Stefan, notabene als zijn eigen teamgenoot!

Het geluk van Wilson leek tijdens de winter van 2014 op 2015 te veranderen: eindelijk had er weer een topteam interesse in zijn talenten. Andretti Autosport teambaas Michael Andretti was op zoek naar een vervanger van James Hinchcliffe en had zijn oog op Wilson laten vallen. Op een moment leek alles zo goed als rond, maar vervolgens trok de hoofdsponsor zich terug en ging de deal niet door.
Toch wilde Andretti Autosport Wilson graag aan het team toevoegen en eind maart bevestigde het team dat het de veteraan vast had gelegd voor de Grand Prix of Indianapolis en de Indianapolis 500. Maar met de introductie van de aerokits was Andretti Autosport niet meer het topteam dat het ooit was, waardoor Wilson tijdens deze races niet verder kwam dan een 24ste en 21ste positie.

Dit zou het laatste succes van zijn carrière zijn voordat Wilson afgelopen weekend opnieuw de pechduivel tegenkwam. Dit keer was zijn geluk echt op en bleef het niet meer beperkt tot een gebroken ruggenwervel of een bekkenfractuur, maar bracht een brokstuk dat tegen zijn helm kwam een einde aan het leven van een ongekende coureur, een groot sportman, een vriend van iedereen in de autosportgemeenschap, een loyale echtgenoot en een liefhebbende vader.
FotografieChamp Car World Series
Mooi artikel Patrick bedankt
Ga naar de loginpagina om in te loggen of creëer een nieuw account!